Mannen met Baarden

Tegenwoordig ben ik heel tevreden met schrale overgevoelige tepels en een vuurrode venusheuvel, die zelfs met goede creme niet meer tot bedaren te krijgen is.

 

Een paar jaar gelden werden baarden ineens weer mode. Iedere zichzelf respecterende hipster leek zichzelf door het experiment Baard heen te loodsen. Het wordt al wat minder, gelukkig. Dat ik dat een gelukkige omstandigheid vind, is vooral gelegen in het feit dat ik niet zo gek ben op baarden. Omdat het de meeste mannen, vooral hipsters, helemaal niet zo leuk staat. Toegegeven, er zijn mannen die erdoor schitteren. Die een echte woeste aanblik bieden, zoals het type Sandokan. De Echte Man, so to speak. 

 

Maar over het algemeen genomen ben ik niet zo gecharmeerd van grote volle baarden. Zoiets kun je namelijk alleen dragen als je SuperStoer bent. Uuhm, type Sandokan dus. Een baard benadrukt dat. Maar ben je niet zo SuperStoer (merendeel van de mannelijke wereldbevolking, is niets mis mee overigens), vind ik het net of ze een te grote jas aan hebben, gejat van hun vader. Slaat wellicht nergens op, maar ik kan me maar niet losmaken van dat beeld.

 

Vooral niet als het hele groeisel een beetje over de lip hangt. Ik vind het storend als ik de lippen niet zo goed kan zien. Terwijl ik een zwak heb voor mannenlippen, echt, hoe een man zijn lippen draagt zegt heel veel over de aard van het beestje in bed. Ik heb ook altijd het idee dat een baard een weke wijkende kin verbergt. En voor weke wijkende kinnen ben ik emotioneel allergisch. Het is niet anders. Mannen met baarden zijn voor mij ‘verdacht’. Nog even los van het feit dat niet iedereen het Baardgebeuren goed onderhoudt, haartjes schots en scheef hangen, op de nek en bakkenbaarden ze lukraak groeien enzovoorts. Doe in godsnaam een strakke baardlijn en smeer er wat pommade in! En zorg zzzzeeeekkeerrrr dat er geen kruimels in hangen. 

 

Lustgenoot heeft wel eens een ringbaardje gehad. Dat kon best wel,  vond ik. In ieder geval waren zijn lippen nog goed zichtbaar en het stond heel intellectueel. Vooral als hij dan ook een gleufhoed op heeft (echt, hij draagt die soms, supergeil). Tot mijn grote vreugde beperkt hij zich nu tot een ‘’net-uit-bed’’ look: stoppelbaardje.

 

Dat ik van zijn stoppels houd heeft alles te maken met de praktische toepassingen ervan.  Als hij zijn hand er overheen wrijft,  raspt dat een beetje. Dat raspende geluidje associeer ik direct met een ander groot genoegen. Als wij moe en voldaan van een lange intense dag in bed gelepeld liggen te kletsen, duwt hij zijn kin tussen mijn schouderbladen. In plaats van het bekende kriebelen op mijn rug, beweegt hij zijn stoppelbaard over mijn huid. In het begin stilt dat de kriebellust, maar daar neemt Lustgenoot niet altijd genoegen mee. Soms steekt hij dwars zijn kin naar voren en schuurt daarmee mijn hele rug af. Na een paar minuten doet dat best een beetje pijn, een heerlijke fijne pijn, zo’n pijn waarbij ik mijn rug een beetje holtrek en toch niet wil loskomen ervan. Brrrr, einde kletspraat.

 

Ik hoef u denk ik niet te onthullen wat een stoppelbaard voor effecten kan hebben op meer delicate plekken van het vrouwelijk lichaam. Vroeger, toen ik nog HeelJong was, vond ik rode schuurwangen al een heerlijk soevenier van een goed potje zoenen. Tegenwoordig ben ik heel tevreden met schrale overgevoelige tepels en een vuurrode venusheuvel, die zelfs met goede creme niet meer tot bedaren te krijgen is.

 

Yup, stoppels mogen blijven. Alleszins. Verder zit ik die hele Baardmode gewoon uit. 

 

Reactie schrijven

Commentaren: 0